Dierenkliniek Overhage

Een Trombo-embolie is een bloedstolsel, gevormd in het linkeratrium (boezem) van het hart, die vastloopt in een ader of slagader. Hierdoor wordt het bloedvat afgesloten en kan er geen zuurstof meer geleverd worden aan de spieren of organen waar dit bloedvat naartoe loopt.

​

De meest voorkomende locatie voor een thrombus om vast te lopen is in de splitsing (bifurcatie) van de grote slagader (de aorta) die beide achterpoten en de staart van bloed voorziet. Andere locaties zijn (slag) aders van de voorpoten, nieren of hersenen.

​

Onderliggende oorzaken

Bij katten met een hartaandoening is het linkeratrium vaak vergroot. Deze vergroting zorgt voor een afwijkende bloedstroom, waardoor er een bloedstolsel kan ontstaan. Een probleem met de schildklier of een te hoge bloeddruk kunnen ook onderliggende oorzaken zijn. 

​

Symptomen

Het vastlopen van de bloedklonter in de aorta veroorzaakt een acute en zeer pijnlijke verlamming van de achterpoten en de staart. Dit uiten katten door hard gemiauw en het achter zich aanslepen van de beide achterpoten. De ademhaling is vaak versneld of de kat zal hijgen. Bij de voorpoten is het vaak één kant die acuut verlamd is. Door de afwezigheid van bloedtoevoer zullen de aantaste poten kouder aanvoelen en de voetzooltjes kleuren paars. 

​

De dierenarts zal tijdens het lichamelijke onderzoek geen polsslag voelen aan de binnenkant van de achterpoten en de algemene temperatuur van de kat zal ook verlaagd zijn (ondertemperatuur). In sommige gevallen kan er ook een thrombo-embolie optreden indien er geen hartaandoening bekend is. Het is dus wel vaker zo dat een oudere kat bij ons binnenkomt met een acute thrombo-embolie, maar het kan bij alle leeftijden gebeuren.

​

Behandeling

Gezien de ernstige pijn en de kleine kans op herstel, is het vaak helaas het beste om de kat in te laten slapen. Als de pijn meevalt, of er bijvoorbeeld een gedeeltelijke verlamming is opgetreden,  kan overwogen worden om de kat te behandelen. Dit gebeurt met intensieve pijnbestrijding en medicatie die ervoor zorgt dat er niet een nieuw stolsel gevormd kan worden (of het bestaande klontertje op kan lossen). Clopidogrel en aspirine zijn voorbeelden van bloedverdunners.

​

Naast de symptomatische behandeling is het belangrijk om een echo te laten maken van het hartje en de bloeddruk te meten. Zijn deze afwijkend dan zal juist dit, als oorzaak van de klonter, aangepakt moeten worden.